De weigering van een bloemenzaak aan de George Breitnerstraat is aanleiding geweest om het college van B&W een brief te sturen. Waarom kan/mag aan de achterkant van het winkelcentrum niet een bloemenzaak komen.

Geacht college,



De heer Jan van Dalen had zijn bloemenzaak gevestigd aan de Bornerbroeksestraat. De veranderingen tengevolge van Almelo Verdiept maakte dat de loop uit zijn zaak ging. Hij zocht een nieuwe locatie en vond die aan de Breitnerstraat temidden van andere detailhandelszaken. Een locatie die gelegen is aansluitend aan het winkelcentrum Van Goghplein.



Hij diende bij de gemeente op 26 maart 2009 een verzoek tot vestiging in, betaalde de verschuldigde kosten en vestigde zijn zaak aan de Breitnerstraat 1.



Na een half jaar, op 8 oktober, ontvangt hij bericht van B&W dat hij zich niet mag vestigen omdat dit gebied is bestemd voor bedrijven. Op 3 november besluiten B&W tot de aankondiging van een dwangsom.



GroenLinks heeft de volgende vragen hierover:



1. Voldoet de plotselinge aanzegging van het college na een half jaar stilzwijgen aan de eisen van goede communicatie?



2. Hoe kan het dat de bloemenzaak van Jan van Dalen niet mag blijven terwijl er rondom zijn zaak volop detailhandel gevestigd is?



3. Hoe zit het met het bestemmingsplan? Klopt het dat dit meer dan 40 jaar oud is? Vindt het college detailhandel rond het winkelcentrum Van Goghplein ongewenst, overwegend dat het detailhandelsplan clustering voorschrijft?



4. Als het college vasthoudt aan het bestemmingsplan en dus geen detailhandel wil toestaan, kan het dan aangeven waar de zaken die nu gevestigd zijn rond het Van Goghplein een plaats zouden kunnen vinden?



Ik zie uw antwoord graag spoedig tegemoet,



Emmy Weel-Kroon,

Fractievoorzitter GroenLinks,

Tel: 06-12789293 of 0546-811122

Email:emmy@weel.cc